Voorwaarden voor middeling

Om de middelingsregeling toe te passen zijn een aantal voorwaarden van toepassing. Onze berekening en het verzoekschrift houden rekening met de meeste vereisten. Lees de vereisten voor belasting middeling hieronder en klik voor een verdere toelichting.

Vereisten waar je zelf rekening mee moet houden

Klik op de voorwaarde om in/uit te klappen...
Je moet middelen binnen de wettelijke termijn voor het indienen van een middelingsverzoek.

Je dient jouw verzoek tot middeling binnen 3 jaar (36 maanden) te doen nadat alle definitieve belastingaanslagen van de drie jaren die tot je middelingstijdvak horen, onherroepelijk vaststaan. Een aanslag staat onherroepelijk vast als de termijn van 6 weken bezwaar, beroep, hoger beroep of cassatie is verstreken.

Voorbeeld:
Stel je wilt middelen over de jaren 2016, 2017 en 2018. Over al deze 3 jaren heb je een definitieve belastingaanslag opgelegd gekregen. De definitieve aanslag van 2018 heb je op 1 juni 2019 ontvangen. Je tekent geen bezwaar aan tegen deze aanslag bij de Belastingdienst, waardoor de aanslag 6 weken later (halverwege juli 2019) onherroepelijk vaststaat. Je dient vervolgens binnen 36 maanden (dus voor halverwege juli 2022) het verzoek tot middeling over de jaren 2016, 2017 en 2018 in.

Je kunt alleen middelen als het middelingstijdvak geen overlap heeft met een eerder middelingstijdvak.

Wanneer je bijvoorbeeld een middelingsverzoek indient voor 2013, 2014 en 2015 dan is het niet mogelijk om ook een verzoek voor 2015, 2016 en 2017 in te dienen. Het jaar 2015, in dit voorbeeld, mag niet dubbel gebruikt worden.

Let op: Je kunt na het indienen van een verzoek voor 2013, 2014 en 2015 wel een verzoek indienen voor bijvoorbeeld 2016, 2017 en 2018.

Je moet het gehele middelingstijdvak in Nederland belastingplichtig geweest zijn. Bij buitenlandse inkomsten geldt er een bijzondere berekening.

Je dient binnenlands belastingplichtig geweest te zijn gedurende het gehele middelingstijdvak, of kwalificerend buitenlands belastingplichtig. Normaal gesproken ben je binnenlands belastingplichtig als je in Nederland woont. Niet relevant is het of je ook werkelijk inkomsten had of dat je aangifte gedaan hebt.

Indien je binnenlands belastingplichtig was (of kwalificerend buitenlands belastingplichtig) en inkomsten uit het buitenland had geldt een bijzondere berekening. In dat geval moet over de middelingsteruggaaf een correctie worden toegepast. Neem contact met ons op voor meer informatie.

Vereisten waar onze site en verzoekschrift rekening mee houden

Klik op de voorwaarde voor meer informatie...
Je kunt alleen middelen over een periode van 3 aaneengesloten kalenderjaren (het middelingstijdvak).

Een juist middelingstijdvak is bijvoorbeeld: 2015, 2016 en 2017. Vul je in onze berekening meer dan 3 jaren in, dan berekenen wij alle mogelijke combinaties voor een teruggaaf.

De eerste € 545 verschil geldt als drempel en krijg je niet terug.

De eerste € 545 geldt als wettelijke drempel. Wanneer het verschil tussen de door jou verschuldigde belasting en de door jou berekende belasting door middeling groter is dan € 545, kom je in aanmerking voor teruggaaf. In de berekening wordt hier natuurlijk al rekening mee gehouden.

De middelingsregeling geldt alleen voor box 1, het belastbaar inkomen uit werk en woning.

Het belastbaar inkomen uit werk en woning is het belastbaar inkomen in box 1. Je kunt dit bedrag eenvoudig vinden op je definitieve belastingaanslagen.

De 'heffingskorting' blijft buiten beschouwing.

Heffingskortingen, zoals de algemene heffingskorting en arbeidskorting, zijn kortingen op de inkomstenbelasting en premie volksverzekeringen. Hierdoor betaal je minder belasting en premies. Een deel van de heffingskortingen zijn afhankelijk van je inkomen.

Voor toepassing van middeling blijven heffingskortingen buiten beschouwing. Je recht op heffingskorting wijzigt ook niet als gevolg van middeling. Middeling heeft namelijk geen invloed op de hoogte van je belastbaar inkomen en verzamelinkomen van de jaren waarover middeling is aangevraagd. De hoogte van de aanslagen inkomstenbelasting en van beschikkingen Toeslagen blijven hetzelfde.

De 'tariefsaanpassing aftrek kosten eigen woning' blijft buiten beschouwing.

Als je kosten (bijvoorbeeld rente) aftrekt voor je eigen woning, en een deel van je inkomen valt in de hoogste (4e schijf), dan geldt sinds 2014 een aangepast tarief voor de aftrek van deze kosten. Vanaf 2014 wordt de aftrek jaarlijks met 0,5% verminderd. Als deze tariefaanpassing van toepassing is in een bepaald jaar, vind je achterop de definitieve aanslag een bedrag voor 'tariefsaanpassing aftrek kosten eigen woning'.

Voor toepassing van middeling blijft deze tariefsaanpassing buiten beschouwing. Onze berekening middeling houdt hier daarom rekening mee door de (eventuele) tariefsaanpassing buiten beschouwing te laten.

Met je verzoek om middeling stuur je een berekening mee van de door jou berekende middeling.

Deze berekening en het verzoek tot middeling kun je downloaden via deze site. Je moet deze brief vervolgens nog ondertekenen en opsturen. In de berekening staan o.a. het belastbare inkomen voor middeling, de belasting voor middeling, het herrekende belastbaar inkomen (gemiddeld) en de herrekende belasting (gemiddeld) vermeld.

Als je de AOW leeftijd bereikt hebt, geldt een aparte berekening.

Onze berekening middeling houdt hier rekening mee door te vragen of je de AOW leeftijd bereikt hebt.

Als je de AOW leeftijd bereikt hebt in een middelingstijdvak van 3 jaar, wordt de belasting berekend alsof je de AOW leeftijd nog niet bereikt hebt voor alle 3 de jaren.

De belasting in box 1 bestaat in de eerste en tweede schijf ook uit premie volksverzekeringen. Als je de AOW leeftijd bereikt hebt, betaal je geen AOW premie meer. Voor de toepassing van middeling wordt op het moment dat je in een middelingstijdvak de AOW leeftijd bereikt hebt, de belasting berekend alsof je de AOW leeftijd nog niet bereikt had. Dit is wettelijk zo bepaald. Dit geldt zowel voor de berekening vóór toepassing van middeling, als ná toepassing van middeling.

Als je in een kalenderjaar negatief inkomen had, dan wordt het inkomen van dat jaar op € 0 gesteld.

Een negatief belastbaar inkomen in een jaar moet in een middelingsverzoek op € 0 worden gezet. Je kunt op onze site (bij de berekening) wel het negatieve belastbare inkomen invullen. Dit zal vervolgens automatisch op nul worden gezet.

De vereisten staan in de Wet inkomstenbelasting 2001 in artikel 3.154. Om de volledige tekst van dit artikel te zien klik je hier.

Vragen? Bekijk de Meestgestelde vragen of neem contact met ons op.

Wij helpen je graag verder om van middeling gebruik te kunnen maken.